22 januari 2017

Wiener Mélange : Berg & Mahler (Koningin Elisabethzaal Antwerpen - 21.01.2017)

Een kleine maand geleden ervoer ik een niet onaangename opera-ontmaagding. Hoog tijd om ook mijn "symfonisch orkest"-bloempje te laten plukken. Daarvoor liet ik mijn oog in eerste instantie vallen op de locatie : de volledig hernieuwde Koningin Elisabethzaal in Antwerpen, waar De Filharmonie haar nieuwe thuisbasis heeft en waar kosten noch moeite werden gespaard om tot een zo perfect mogelijke akoestiek te komen (met een prijskaartje van pakweg 87 miljoen €, nauwelijks één tiende van het astronomische bedrag dat de Elbphilharmonie Laeiszhalle in Hamburg gekost heeft).

Het programma van vanavond werd in het (overdreven duur aangeboden) programma-boekje passend omschreven als een "Wiener mélange". Beide opgevoerde werken hebben immers een nauwe band met de Oostenrijkse hoofdstad. Toen Gustav Mahler (1860-1911) in 1901-1902 zijn vijfde symfonie componeerde, was hij directeur van de Weense Opera en beleefde hij een creatieve piek. In zijn idyllische componeer-huisje in Maiernigg bracht hij zijn zomers door om te werken aan zijn vijfde symfonie, thematisch en qua vorm geïnspireerd door een andere beroemde vijfde symfonie : die van Ludwig Van Beethoven. Ook persoonlijk gaat het Mahler voor de wind : hij huwt in 1902 met Alma Mahler. Dit alles met Wenen als cultureel bloeiende metropool als achtergrond.

Aanvankelijk was aangekondigd dat de Amerikaanse dirigent David Zinman het dirigeerstokje zou hanteren, doch deze diende om gezondheidsredenen af te haken en werd vervangen door de jonge Alpesh Chauhan, amper 26 jaar oud. Deze kweet zich overigens uiterst energiek van zijn taak. Hoogtepunt van deze symfonie vormde ongetwijfeld het trage en emotioneel geladen Adagietto, een geschenk van Mahler aan zijn kersverse bruid.

Voor de pauze was een compleet ander werk aan de beurt, met name het vioolconcerto (met ondertitel "Dem Andenken eines Engels") van Alban Berg (1885-1935) een voormalige leerling van Arnold Schönberg en dus ook aanhanger van de door Schönberg uitgevonden 'dodecafonie' : twaalftoonsmuziek, waarbij gecomponeerd wordt op basis van twaalf onderling gerelateerde tonen. Deze zogenaamde Tweede Weense School vond echter nooit doorgang bij het grote publiek, omdat hun composities vaak als té modern en als avant-garde werden beschouwd.

Toen Berg dit concerto schreef in wat zijn laatste levensjaar zou zijn (1935), was Wenen een geheel andere stad geworden. Niet langer een culturele parel, maar een stad die leefde onder een donkere nazi-wolk. Berg was reeds begonnen aan zijn concerto, toen hem het nieuws bereikte dat Manon Gropius op amper 18-jarige leeftijd overleden was aan polio. Manon was de dochter van architect Walter Gropius en ... Alma Mahler (hertrouwd na het overlijden van Gustav in 1911). Prompt gaf Berg aan zijn concerto de ondertitel "Dem Andenken eines Engels". Hij liet zijn allegro eindigen op een aangrijpend "Lahmungsakkord" (oftewel verlammings-akkoord) en liet zich bij wijze van requiem inspireren door de koraal "Es ist genug" van J.S. Bach. Aan de Amerikaans-Canadese violiste Leila Josefowicz de eer om dit concerto aan te voeren. Een mooie dame die het concerto uiterst fysisch en vol passionele overgave te lijf ging. Met haar hippe kapsel en ietwat bewust-slonzige klederdracht riep ze associaties op aan Nigel Kennedy die met zijn punk-attitude ooit de doorn in het oog was van veel puristen.

Hoe mooi het Adagietto van Mahler ook was, het was toch vooral het Berg-concerto dat me zal heugen en dat het meest aanleunde bij mijn persoonlijke muzikale smaak. Het dwarse, atonale, wrange, dissonante concerto van Berg stak veel meer weerhaken in mijn vel dan de ietwat bombastische en conservatieve vijfde van Mahler.

Voor het overige was het genieten van de akoestiek van deze prachtige concertzaal. Af en toe klonk het geheel een tikje te stil naar mijn smaak (maar misschien zijn mijn oren nog een beetje teveel afgesteld op rock & noise), maar elk instrument (van de lichtste tik op de triangel tot het gebeuk op de pauken) was perfect en zuiver hoorbaar en het orkest klonk steeds als een homogeen geheel. Als neofiet observeerde ik ook geamuseerd de geplogenheden op zo'n concertavond : het op applaus onthalen van de eerste concertmeester (in casu Lisanne Soeterbroek), het zwaaien met de strijkstokken bij wijze van hulde aan de solist, hoe de dirigent telkens de hand schudt van de eerste concertmeester en de aanvoerder van de eerste violen, ... Vanavond voelde dan ook aan alsof ik voor de eerste keer stiekem door de kier van een deur naar een geheime kamer gluurde. En dat smaakte naar meer.

Geen opmerkingen: